Tijdens het eten zijn de jongens vol vreugde van sinterklaas. Over een paar dagen komt hij in het land. En dan mag je weer allemaal van die leuke dingen doen. Je schoen zetten, liedjes zingen bij de schoorsteen of kachel, meedoen aan wedstrijden en sinterklaascadeautjes winnen. De sinterklaastijd is altijd erg leuk.
“Ik heb vandaag een brief gehad van de sint en zijn pieten”, zegt papa als de jongens even stil zijn. “En wat schrijft de sint dan?”, wil Martijn weten. “De sint vraagt of alle kinderen van de dokter naar het werk komen. Er is dan een feestje met veel pepernootjes en chocolademelk en vast ook wel een cadeautje”, zegt papa. “Gaan we daar heen?”, vraagt Olivier. “Ik heb de sint een brief geschreven dat we er met z’n allen heen gaan”, zegt papa. De jongens zijn erg blij en lopen te juichen door de kamer. “Het is alleen nog wel een paar nachtjes slapen hè voor het zover is”, roept mama. “Geeft niet wij kunnen wel wachten. Tot die tijd zingen we gewoon liedjes en zetten we onze schoen”, roept Olivier.
De dagen gaan toch wel heel snel. Als de zaterdag aanbreekt dat de sint en pieten op papa zijn werk komen zijn de kinderen erg druk. “Jongens, als jullie vanmiddag ook zo druk zijn dan neem ik jullie niet mee naar de sint!”, roept papa. “En waarom dan niet?”, wil Olivier weten. “Omdat ik vind dat jullie erg druk zijn. Jullie hebben ook al de hele morgen ruzie met elkaar, das gewoon niet leuk als we weg gaan”, zegt papa beetje boos kijkend. “Als we lief zijn gaan we dan wel?”, wil Martijn weten. “Ik denk dat jullie maar eens samen op zolder een uurtje moeten gaan spelen. Wie weet worden jullie dan ook een beetje rustiger”, zegt mama. De jongens gaan naar boven en mama besluit om met Tess even naar de bakker te gaan. Zo komt zij ook een beetje tot rust.
Papa heeft de tafel al gedekt als mama en Tess terug zijn. Ze gaan een vers broodje van de bakker eten en de jongens zijn stukken rustiger. “Mama, we zijn heel lief geweest boven. We hebben ook alles opgeruimd hoor”, zegt Olivier. “Is dat echt zo? Dat zou mooi zijn”, antwoordt ze terug.
Na het eten wordt de tafel opgeruimd en de jongens mogen de jas aan doen. Ook Tess staat vooraan bij de deur om haar jas aan te doen. “Ik ook jas?”, vraagt ze aan Olivier. “Dat doet mama wel”, zegt hij. Met een boos stemmetje zeg ze: “Ik tegen klaas zeggen”. Het helpt blijkbaar want meteen pakt Olivier haar jas en helpt haar met het aan doen.
Op het werk van papa zijn heel veel kinderen gekomen voor sinterklaas en zijn pieten. Papa ziet allemaal andere dokters en gaat ermee praten. Tess, Olivier en Martijn blijven dicht bij papa en mama, want wie weet komt de sint zo wel. Als Olivier in de speelhoek een jongen ziet gaat hij erheen om mee te spelen en zo zijn de jongens druk aan het spelen met elkaar. Martijn ziet ook dat het goed gaat en ook hij doet mee. Ze zijn zo druk bezig dat niemand hoort dat er heel hard wordt geklopt op de deur.
“Zo zijn hier ook stoute kindertjes?”, wordt er opeens geroepen. Iedereen is muisstil, maar er zijn ook kinderen die beginnen te huilen. En wie staat daar in de deuropening … Sinterklaas en zijn pieten. Sinterklaas komt binnen en de pieten strooien met pepernootjes en delen mandarijnen uit. Tess is helemaal niet bang voor de sint en loopt naar hem toe. “Jij klaas?”, vraagt ze. “Ja, ik ben sinterklaas.
En wie ben jij?”, vraagt de sint. “Ikke Tess”, zegt ze netjes. De sint loopt verder en geeft hier en dan een handje. Als hij in de grote stoel zit met allemaal pieten en zakken vol verrassingen om hem heen vraagt hij: “Is iedereen lief geweest dit jaar? Of zijn er nog stoute kindertjes die mee gaan naar Spanje?”. Alle kinderen roepen: “Neeee”.
De sint wil graag dat er veel liedjes worden gezongen en met z’n allen zingen ze ‘zie ginds komt de stoomboot, sinterklaas kapoentje, op de hoge daken’. Olivier en Martijn zingen ook goed mee en vinden het feest op papa zijn werk erg leuk. Helaas kunnen de kinderen niet één voor één bij de sint komen. Dus houdt de sint een praatje voor alle kinderen. “Lieve kindertjes, ik heb een briefje van jullie papa gehad waarop staat dat ieder kindje lief is geweest en dat de sint niemand mee hoeft te nemen naar Spanje. En omdat jullie zo lief zijn heb ik hier cadeautjes in de zak”. De pieten gaan de cadeautjes uitdelen. Als je je naam hoort mag je naar de piet lopen en je cadeau halen. Samen met je papa en mama mag je die uitpakken. Als iedereen zijn cadeau heeft gaat de sint weg en kunnen jullie met je nieuwe speelgoed spelen. “Heel veel plezier ermee en vergeet niet je schoen vanavond te zetten”, zegt de sint nog. En zo gaat het ook. Als iedereen zijn cadeau heeft zingen ze ‘dag sinterklaasje’ en worden de cadeaus uitgepakt. Olivier krijgt een spel voor op de computer, Martijn een hele grote puzzel en Tess kleurpotloodjes met een kleurboek. “Dat sinterklaas wist dat we die cadeautjes graag wilden. Ik heb het gisteren pas in een speelgoedboek gezien!”, roept Olivier. “Ja, dat weet ik ook niet. Ik denk dat sinterklaas alles kan zien”, zegt papa. Maar das voor de jongens al niet meer belangrijk. Het liefst willen ze naar huis, lekker spelen met hun cadeau van de sint.
Fijne Sinterklaas!